Categorieën
← Alle verhalen

Galba en het Vierkeizerjaar

utrecht

In de provincie Utrecht en andere delen van Nederland worden regelmatig Romeinse munten aangetroffen of opgegraven. Sommige daarvan zijn zeldzamer dan andere, in het eerste geval zit er vaak ook een mals verhaal aan vast. Zoals geldt voor de zogeheten denarius van Galba (3 v.Chr. – 69 n.Chr.). Galba was één van de keizers tijdens het Vierkeizerjaar (69 n.Chr.) dat voorafging aan de Bataafse Opstand (69-70 n.Chr.). Een verhaal vol opmerkelijke wendingen dat archeoloog Alexander van de Bunt voor ons uitdiept in deze aflevering van Vondst van de Schervendokter.

Romeinse munten komen in vele soorten en maten voor, we kennen bijvoorbeeld de gouden welgewilde aureus, de zilveren denarius en quinarius, de bronzen (en/of deels van koper) sestertius, dupondius en de as. De denarius (meervoud: denarii) was één van de meest gangbare munten in het Romeinse Rijk, vooral in de hoogtijdagen van de Romeinse Republiek tijdens de 1ste tot het begin van 3de eeuw n.Chr. van het Romeinse keizerrijk. Omstreeks 280 v.Chr. werden in Rome de eerste munten geslagen, maar het zou nog ruim twee eeuwen duren voordat Romeinse muntmeesters portretten van beroemde politici en belangrijke historische gebeurtenissen op hun munten sloegen. In het jaar 44 v.Chr. verkreeg Julius Caesar als eerste het recht om munten met zijn beeltenis te slaan (dat was ook het jaar waarin hij werd vermoord). Dit gebruik werd overgenomen door keizer Augustus (vanaf 27 v.Chr.) en was sindsdien de gangbare vorm van munten. En ook de ideale manier om jezelf als keizer of gouverneur aan iedereen te presenteren.

Iconografie

Terug naar de denarius van Galba, die in het jaar 68 n.Chr. werd geslagen, want wat staat er precies op? Op de hoofzijde, de naam zegt het al, staat altijd het portret van de keizer. Hierdoor krijgen we ook een goede indruk van hoe deze keizer, gelauwerd en al, eruitzag. Rondom zijn hoofd zijn ook nog wat restjes tekst waar te nemen, namelijk ‘IMP’ (afkorting van Imperator) en rechts daarvan de naam van deze keizer; ‘GALBA’.

Op de keerzijde vinden we vaak andersoortige afbeeldingen, van bijvoorbeeld god, een (monumentaal) gebouw, (mythologische) wezen of dier, planten, familieleden, wapens en rekwisieten, letters, enzovoorts. Op deze munt is het vrij moeilijk te zien, maar als je goed leest, kan je nog de tekst ‘HISPANIA’ teruglezen. Je ziet hier de godin ‘Hispania’ afgebeeld. In haar rechterhand heeft ze twee speren vast en een schild en in haar linkerhand twee graanstengels en een klaproos (die door de Romeinen papaver werd genoemd).

Foto Alexander van de Bunt / Landschap Erfgoed Utrecht

In Griekse en Romeinse mythologie, werd papaver gebruikt als offergift aan de doden, deze plant sierde in die tijd dan ook menig graftombe. In de oudheid stond deze bloem symbool voor de eeuwige slaap, ook vanwege het feit dat je hieruit maanzaad en opium kon extraheren. Volgens sommigen was de rode kleur een mogelijke belofte voor wederopstanding na de dood.

Het is ook belangrijk om in het achterhoofd te houden dat Romeinse muntgeld lang in omloop was. Hoewel we weten dat deze denarius in 68 n.Chr. is geslagen, kan het best zo zijn dat deze munt pas vele jaren later in onze contreien terecht is gekomen.

Buste van Galba. Gfawkes05 - CC BY-SA 4.0

Wie was Galba?

Servius Sulpicius Galba was afkomstig uit een zeer rijke en invloedrijke aristocratische familie. Onder keizer Augustus en Tiberius genoot hij een zeer hoog aanzien. Uiteindelijk wist hij het in 33 n.Chr. tot het machtige ambt van consul te schoppen en heeft hij menig militaire posities bekleed in Gallië, Germanië, Afrika en Spanje. In het jaar 60 werd de 63-jarige Galba door Nero aangesteld als de gouverneur van de Romeinse provincie Hispania Tarraconensis.

In de jaren 60 van de 1ste eeuw begon de positie van Nero steeds meer te wankelen. In 67 n.Chr. brak in Gallië een opstand uit tegen Nero onder leiding van Julius Vindex. Deze Vindex wees Galba aan als ‘beschermer en leider van het menselijke ras’ en het jaar daarop, in 68 n.Chr., werd Galba door zijn eigen troepen uitgeroepen tot keizer, wat hij in eerste instantie weigerde. Helaas werd Galba’s bondgenoot Vindex in Gallië verslagen door de Rijnlegers, Galba kon vanuit Hispania niet openlijk ten strijde trekken tegen Nero en zijn militaire overmacht.

Het Vierkeizerjaar

Uiteindelijk ontving Galba bericht over hoe Nero zelfmoord had gepleegd en zijn erkenning als de volgende keizer van het Romeinse Rijk. Eenmaal in Rome, maakte Galba zich niet echt geliefd. Hij was als keizer buitengewoon conservatief, de Pretorianen die hem steunde, kregen niet hun beloofde donatium en Galba ontbond de Germaanse keizerlijke lijfwacht (waaronder de Bataafse eregarde), aangezien die hem zouden hebben belet van zijn troonbestijging. Ook zou hij weinig aandacht hebben gehad voor de gevangen genomen Julius Civilis, die onder het hof van Nero zeker zou zijn geëxecuteerd. Civilis werd vrijgesproken, maar weinig wist Galba dat hij zich na zijn dood zou ontpoppen als de leider van de Bataafse Opstand.

Daarnaast waren ook andere kandidaten uit op het keizerschap, namelijk Vitellius die de gehele Rijnlegers aan zijn zijde had en Vespasianus die samen met de Balkanlegers vanuit Judea tegen Galba optrok. Dichter bij huis werd hij bijgestaan door Otho, gouverneur van Lusitania, die er ook wel van droomde om keizer te worden. Toen Galba ene Piso aanwees als zijn troonopvolger, was dit voor Otho de druppel. Op 15 januari 69 n.Chr. riep Otho zichzelf uit als keizer en werden Galba en Piso door muitende ruiters gelyncht op het Forum Romanum. Er werd vernietigend geschreven over Galba door Tacitus: ’iedereen dacht dat hij capabel was om een imperium te leiden totdat hij het deed.’

Hoe liep het verder af met Otho? Niet heel goed. Op 14 april in 69 werd Otho’s onervaren legermacht weggevaagd door de Rijnlegers van Vitellius tijdens de eerste slag van Bedriacum, waarna hij op 16/17 april zelfmoord pleegde. Vitellius ontpopte zich tot wrede en decadente keizer, maar ook hij werd acht maanden later gruwelijk uit de weg geruimd. Dit gebeurde nadat zijn legers waren verslagen door de Balkanlegers van Vespasianus tijdens de tweede slag van Bedriacum (24 en 25 oktober 69). Met Vespasianus als vierde keizer in één jaar op de troon, zou langzaam maar zeker de rust in het Rijk hersteld worden. Waar bij Nero een einde kwam aan het Julisch-Claudische dynastie, begon met Vespasianus het tijdperk van de Flavische keizers.

Met dank aan de vinder voor het aanmelden van deze vondst.

Deze denarius is geregistreerd in Portable Antiquities of the Netherlands: PAN-00091692.

Deze vondst is gedocumenteerd dankzij het project 'Reddingsplan Archeologische Collecties' van Landschap Erfgoed Utrecht. Met vinders en collectiehouders worden archeologische collecties in kaart gebracht, en digitaal ontsloten. Zo blijven vondsten toegankelijk voor onderzoek en dragen zo bij aan beter begrip van ons verleden.

Bronnen

Kampmann, U., (2011). Die Münzen der römischen Kaiserzeit. Regenstauf.

Van de Bunt, A., (2020). Wee de Overwonnenen. Germanen, Kelten en Romeinen in de Lage landen. Utrecht.

Ook iets gevonden?

Iedereen die een archeologische vondst doet, is wettelijk verplicht dit te melden. In Utrecht kan dit bij het Meldpunt Archeologie van Landschap Erfgoed Utrecht. Je helpt zo niet alleen mee de geschiedenis van de provincie in kaart te brengen, onze experts vertellen je bovendien graag meer over de achtergronden van je vondst.

Bijdragers

Landelijk coördinator

Alexander van de Bunt

Dit is een verhaal van

Wat heb jij gevonden?